donderdag 4 oktober 2012

CANCELED .. videopresentatie Speleokamp Slovenië 2012

Door: Harold van Ingen
Door omstandigheden gaat het niet lukken om aanstaande vrijdag de filmpresentatie van het Speleokamp in Slovenië te presenteren op de clubavond van Speleoclub Limburg in Cafe Aux Arcades te Maastricht. De presentatie wordt verschoven naar de volgende clubavond op vrijdag 2 november 2012.
Zeg het alsjeblieft door aan iedereen die het weten moet. Wij verheugen ons op de komst van alle geïnteresseerden op 2 november.
Namens de activiteitencommissie, Speleo Limburg
***
CANCELED .. video presentation of Speleocamp Slovenia 2012 Due to some personal and professional matters the video presentation on October 5th of the Speleocamp in Slovenia in the summer of 2012, will be canceled for the next club meeting of Speleoclub Limburg. The place where the presentation would have been was Café Aux Arcades, Maastricht, Netherlands.
The presentation will be postponed to the next club meeting on Friday, November 2nd, same place, same time 9 pm.

woensdag 3 oktober 2012

Overlijden Eline Lindeman

Door: Henk Goutier
Op 27 september 2012 is Eline Lindeman, oud-lid van Speleo Nederland op 60-jarige leeftijd overleden na een langdurige ziekte. In de beginjaren van Speleo Nederland was zij een zeer actief speleologe in haar afdeling Speleo Limburg. Met een min of meer vaste groep waaronder ook haar ex-man en zus en zwager ondernam ze vele grottentochten en nam ze ook vaak deel aan klimweekenden e.d..
Daarbij ontzag zij zichzelf niet en zat ze regelmatig onder de blauwe plekken. Na zo'n weekend zei ze dan lachend: "Mijn patiënten zullen wel denken wat doet die in godsnaam in haar vrije tijd?
In een tijd dat skiën in de Alpen al heel wat was ondernam zij met haar vrienden langlauftrektochten door de wildernis van Canada. Van beroep was Eline revalidatiearts met als specialisatie beroerten en spierziekten. Op 1 maart 2003 werd zij benoemd tot hoogleraar revalidatiegeneeskunde in het UMC Utrecht. Betrokken en zorgzaam voor anderen, stoer voor zichzelf laat ze een leegte achter in het leven van haar dierbaren en allen die haar hebben gekend

woensdag 12 september 2012

Vrtglavica, Slovenie 2012

Vrtglavica, Slovenie 2012
Door: Jolanda Spronck
Deelnemers: Peter Goossens, Charl Schaap, Jolanda Spronck, Harold van Ingen, Hans Deschuytter, Rodolphe Garcimore.
Ergens begin 2012 werd het idee geboren om misschien in de zomer weer eens naar Slovenie te gaan, en wel in het bijzonder naar de grot Vrtglavica in het uiterste noordwesten van Slovenie. De grot zou zich ergens op Monte Kanin bevinden, 643 meter diep zijn en de diepste enkele put in de wereld zijn.
Er werden contacten met Sloveense speleo´s gelegd en mondjesmaat druppelde de info binnen. Intussen gingen we op zoek naar geïnteresseerden om dit avontuur met ons te gaan ondernemen. En dat viel helaas tegen, er bleek weinig interesse. Hetzij de grot sprak niet aan, hetzij een week boven op een berg zonder bed, douche en biertje op zijn tijd, was toch niet wat men onder een speleovakantie verstond.
Al met al gingen we dus met een zestal op pad, waarvan er eentje vlak ervoor zijn sleutelbeen brak en een ander niet de ervaring of conditie had om in de grot af te dalen. We realiseerden ons maar al te goed dat deze groep te klein was om deze grot te gaan doen.
Want hoewel 643m helemaal niet zo diep is, was er reden genoeg om te twijfelen aan de haalbaarheid. Deze afdaling zou namelijk beginnen boven op een berg, waarbij je eerst maar eens die ingang moet zien te vinden en waar je vervolgens je kamp voor een week moet zien in te richten.
Dat laatste houdt dagenlange portage in om alle persoonlijke spullen, het kampeerspul, eten voor een week, speleospullen, al die koorden etc. etc. daar te krijgen. En dat moet uiteindelijk ook weer terug naar beneden.
Afgezien daarvan was de beschikbare informatie minimaal en leek het erop alsof niet eens zoveel groepen deze grot al gedaan hadden. Er werd ook gesteld dat de beste periode wellicht de winter of het vroege voorjaar zou zijn. In de zomer bestond namelijk de kans dat de ijsvorming langs de wanden bij de minste aanraking zou afbreken en de speleoloog eronder nogal in gevaar zou kunnen brengen. Daarentegen heb je in de winter en vroeg voorjaar niet de mogelijkheid om ter plekke te kamperen (sneeuw, veel te koud etc.), wat ook weer niet zo aantrekkelijk is. Bovenop dit alles kan het zomaar zijn dat de grot na zo’n 50 a 100 m gewoon afgesloten is door een grote ijs- en sneeuwprop!
Maar ach, wie niet waagt, die niet wint! Dus we vertrokken en hadden een geweldige week, vol met leuke en gezellige contacten met onze Sloveense collega’s waarmee we het kamp deelden en die daar aan het exploreren waren
veel zwaar bepakte wandelingen tussen een hut, het kamp en de auto’s; de nodige afdalingen in de grot die ons telkens maar mondjesmaat verder omlaag brachten; weer eens wat ervaring met spits slaan; lekker primitief kamperen bovenop een berg (je kunt best lang zonder een douche…) en veel lol.
Dat we de bodem bij lange na niet gehaald hebben, deert ons niet. We zijn een ervaring rijker en hebben nu heel wat meer kennis en informatie over dit geweldige gebied,
ruim 1100m diep. En last but not least, we hebben daarmee een beter plan hoe het volgend jaar terug te gaan. En dat gaan we zeker doen! Al is het alleen al om dat 100 meter koord te gaan zoeken dat ergens op die berg is verloren of “geleend”!
Op de bijeenkomst van oktober in de Aux Arcades zullen we een presentatie geven van deze tocht en in de eerstvolgende spelerpes komt een wat uitgebreider verhaal.
______________________________________________________ English version:
Somewhere at the beginning of 2012 the idea was born to maybe spent the next summer vacation in Slovenia again. Goal was the cave Vrtglavica in the north west of Slovenia. This cave, 643 meters deep, was supposed to be the world deepest single shaft and located on Monte Kanin.
We got in touch with some Slovenian cavers and slowly received some information. Meanwhile we started searching for others who were interested in joining us on this trip.
That appeared to be a bit disappointing, either the cave didn’t attract people, or they were not fond of spending a week on top of a mountain without a bed, shower, occasional beer. It just wasn’t what most would expect from a summer caving vacation. In the end we went in a group of six, of which one broak his collar bone shortly before leaving and another lacked the experience and physical condition to descent in a cave like this. We realised that this group was too small to do this cave. Because however 643 meters isn’t that deep, there was enough reason to doubt the possibility to reach the bottom of this particular cave, since the entrance was on top of a mountain, not reachable by car. The first objective was to even find the entrance, than to set up a camp for a week, including carrying all the personal stuff, camping stuff, food for a week, caving material and enough ropes etc. And at the end, all of this had to be carried down the mountain again…
Apart from all this the available information was not too much, it seemed like not so many groups had visited this cave. The period might not be the best, since in the winter or early spring there would be less danger of falling icicles. On the other hand during this period camping would not be possible or much harder. On top of all this there is always a possibility that the cave is closed by ice and snow at a depth of 50 to 100 meters. But okay, if you don’t go, you’ll never know! So we went and had a great week, filled with nice encounters with our Slovenian colleagues with whom we shared their camp; a lot of heavy loaded walks between a hut, the camp and the cars; several descents in this cave which only slowly brought us deeper; a renewed experience in drilling anchors; cosey camping in a primitive way on top of a mountain (one can last quite long without a shower..) and a lot of fun in the group.
The fact that we didn’t reach the bottom, is not so important. We gained another experience and a lot more first hand knowledge and information about this wonderfull area. And last but not least, we now have a better plan for our next visit. And we plan to return, even if one of the purposes will be searching for the 100 meter rope that disappeared somewhere on this mountain!
During our next club meeting in October, we will present you with our impressions of this trip and in the next Spelerpes there will be a more detailed report.

donderdag 2 augustus 2012

Vrtiglavica / Vertigo Slovenië 2012

Een groepje van Speleo Limburg hangt momenteel in de diepste verticale grot van de wereld (-643 m) "Vertigo" Slovenië.
Ik zal hier hun Facebook berichten plaatsen.
******
Facebook bericht van Harold van Ingen 28 juli 2012 Hierboven (Mount Canin, Slovenië) gaan we ergens de grot zoeken. Zondag wordt het kamp ingericht op de berg. Het is hier prachtig.
******
Facebook bericht van Harold van Ingen 29 juli 2012
Op Monte Kanin, Naar de hut op 2500 meter, er is onweer op komst, wij lopen door tot het kamp
******
Facebook bericht van Rodolphe Garcimore 30 juli 2012
Après des journées de marche chargés comme des mules, nous commençons enfin à équiper Vrtiglavica/Vertigo, la plus profonde verticale au monde (-643m)
******
Facebook bericht van Harold van Ingen 30 juli 2012
Het hoogste punt bij het kamp, hier hebben we gsm ontvangst. Ben alleen hier met de marmotten, de anderen zijn proviand halen.
Ons kampement. Wij gebruiken een stelling uit WO1. Hier is onze kantine. Meer foto's volgen.
******
Facebook bericht van Harold van Ingen 01 augustus 2012
We waren van plan om alvast wat spullen terug te breng naar de auto en hadden een leuke wandeling van een uurtje of twee op het oog. Dat waren er ongeveer zes!!!!! Nu zitten we bij een glaasje fris in Bovec en we moeten als de wiedeweerga weer terug voor het donker. We hebben twee uur de tijd.... Speleo is leuk maar het helpt als je een beetje gek bent. Groetjes van Jolanda, Peter, Charles, Hans, Rodolphe wn. Mij. Vrijdag ben ik jarig en dan post ik een paar leuke plaatjes. Over en sluiten.

woensdag 6 juni 2012

Grotte in de Lot 2012 – een extreme expeditie en het ontstaan van een splintergroepering

Door: Bart Muytjens Foto's: Peter Goossens
Deelnememers: Tom Cox, Janneke Bruls, Jolanda Spronck, Peter Goossens, Ralph Kohler, Esther Treijtel, Dennis Verbruggen, Judith Steuns, Joris, Bart Muytjens en Jarna (aka Tommiepoep) en Lenka the security dog.
Begin 2012 werd het plan gesmeed door de meest actieve groep van Speleo Nederland om een extreme expeditie te ondernemen naar de Lot in Frankrijk. Na het succes van de vorige tocht in 2011, werd door de organisatie de week na hemelvaart geprikt als de meest geschikte om deze expeditie ten uitvoer te brengen.
Al snel meldden de gebruikelijke deelnemers zich, dit jaar aangevuld door ondergetekende, die in het kader van meer vrije tijd ook maar weer eens besloot te gaan zien hoe een grot er ook alweer uitzag. Rob Winkens was helaas verhinderd, dus de expeditie zou zonder dit zeer ervaren teamlid tot een goed einde gebracht moeten worden.
Als onderkomen was wederom de Gite bij het Domaine Gibert geboekt, vlakbij Gramat.
Op zaterdag 19 mei in alle vroegte vertrok iedereen richting La Douce France, en in de late namiddag arriveerden langzaam aan alle deelnemers bij de Gite. Dennis kwam als laatste aan, met de Volvo die nog net niet door de assen gezakt was door alle baby-krempel die uiteraard mee moest voor Joris. Er werd direct werk gemaakt van een goede maaltijd door de keukenploeg, waarna direct begonnen werd met het gereed maken van het materiaal voor de volgende dag, er mocht uiteraard geen moment verloren gaan.
Op zondag regende het flink, en werd er na het ontbijt met frisse tegenzin begonnen aan de Igue de Viazac, een fikse grot met wat mooi puttenwerk. Na wat gesteggel werd besloten dat de die-hards bestaande uit Peter, Ralph en Tom de grot zou gaan uithangen. Daarna zou de tweede ploeg afdalen en desequiperen. Deze constructie zou later de leidraad van deze expeditie blijken te worden… Terwijl de eerste ploeg beneden was, wachtte ploeg twee stug in de regen en maakte zelfs een kampvuur op de verlaten Causse om de kou wat te breken. Na 2 uur werd besloten dat het welletjes was, en vertrok ook de tweede ploeg de grot in, enkel om er achter te komen dat ploeg 1 al weer aan het desequiperen was, omdat men te lang had moeten wachten. Zij waren wel tot beneden aan het meertje geweest (de meegenomen zwembanden maar niet gebruikt om het meer over te steken), ploeg twee moest het doen met een trip tot aan de meander. Onder veel gevreigel werd daarna de terugtocht aangevat, en de grot gedesequipeerd.
Op de terugweg in de auto van Bart werd er nog gediscussieerd over de gang van zaken, en al snel kwamen Dennis, Ralph en Bart tot de conclusie dat de jaren en kilo’s toch waren gaan tellen en een zware last vormden op het speleogebeuren. In plaats van de handdoek in de ring te gooien, werden er snode plannen gesmeed…. de nieuwe splintergroepering SC De Vadsige Drumsticks was een feit. Over deze groep zal men nog veel horen in de komende tijd…
Maandag werd er besloten toch maar wat te gaan grotten, en zodoende werd er een bezoek gebracht aan de Grotte du Facteur, een grot met een enorme afdaling van wel 10 meter gevolgd door wat kruipwerk en vernauwingen. Op het einde van deze grot wat mooie zaaltjes met concreties, waar Peter dankbaar gebruik van maakte om wat foto’s te maken. Al met al een van de vadsigste grotten van de Lot.
In de Gite werd ’s avonds zoals gebruikelijk goed gegeten, gediscussieerd over diverse zware onderwerpen, werden de lichamelijke krachten van diverse leden tentoon gespreid en vooral genoten van bier, schrobbelèr en niet te vergeten grote hoeveelheden Toblerone. In de avond viel de stroom uit, wat achteraf bleek te worden veroorzaakt door een op de McGyver methode gemonteerde keramische kookplaat. Het weer zat niet mee, en er werd besloten de dag erna een rustdag in te lassen op dinsdag. Het weer zat nog steeds niet mee.
Peter, Jolanda, Tom, Janneke en Bart gingen wat duikgrotten bekijken om de situatie voor de duikers in te schatten. Er was erg veel regen gevallen, wat wel bleek bij de résurgences die bezocht werden: grote debieten en verre van optimale duikomstandigheden. Op de terugweg werd besloten dan maar een pizza te halen, dus werd de lokale ‘Kiosque à Pizzas’ bezocht en direct een hele dagomzet gegund. De beste man werkte zich het zweet op het voorhoofd, en tijdens het wachten konden de drankorgels hun verslaving niet de baas: een fles lokale likeur (die achteraf deodorant bleek te zijn) ging eraan.
De pizzas vielen goed bij de leden van de Vadsige Drumsticks, met name omdat ze bijdroegen aan het ultieme streven van 120kg (minimaal) dat binnen deze groepering gebruikelijk is.
Na deze voedzame vettige maaltiijd werd koord en ijzerwerk gereed gemaakt voor de volgende grot, de Igue de Planagrèze. Deze grot bestaat voornamelijk uit putten tot op een diepte van -110 meter, waar een ondergrondse rivier de grot instroomt. Vervolgens volgens de topo nog putten tot op ongeveer -200 meter, waar normaal het water staat. Duikers hebben de grot verder onderzocht en ze loopt door tot een sifon op -260m. Weer werd besloten te gaan in twee ploegen: Ploeg 1 Peter, Jolanda, Tom, Ralph en Ploeg 2 Bart, Dennis en Janneke. Ploeg twee was wel zo slim om deze keer in de Gite te wachten tot het zover was, en dan pas naar de grot te rijden. Bij de grot aangekomen waren de die-hards nauwelijks bezig met equiperen, en dus moest er weer gewacht worden. Vervolgens ging ploeg twee de grot in, maar zij zagen hun voortgang snel vertraagd door een extreme afleider bovenaan de tweede put. Deze door de die-hards aangebrachte truc zorgde voor veel gevloek maar werd uiteraard toch geslecht. Beneden aan de tweede put met een mooi profiel en zelfs wat water, hoorden we al het gedonder van het water verder beneden. Bij de derde put (40m) kwam ploeg 1 weer omhoog, het water stond tot aan het niveau van de rivier (-110m) en er was verder geen doorkomen aan. Een flinke crue dus nog door het weer van de afgelopen dagen. Wederom vond ploeg 1 dat ze te lang hadden moeten wachten, en na fotosessies waren ze het beu en gingen terug (al desequiperend). Ploeg 2 kon dus wederom niet verder. Dit werd Dennis te veel, en onder gevloek en getier vloog hij terug omhoog de grot uit, waarbij een nieuw record niet onwaarschijnlijk is. Communicatie was wederom de boosdoener in dit geval, dit moet de volgende keer beter. Op de terugweg haalde Peter nog een kikker uit de grot in zijn fotokoffer, het beest moet blij geweest zijn om uit de krochten der aarde terug te kunnen keren.
Die avond werd er wederom super gekookt door Esther, Judith en Jolanda, ook al was er nog maar een kookpit, het deerde niet. Voor zowel vadsige vleeseters als vegetariërs was er weer een heerlijke maaltijd!
De donderdag werd een bezoek gebracht aan de van te voren aangevraagde Igue de Goudou, een mooie watergrot. Deze keer besloot team de Vadsige Drumsticks om wraak te nemen op de vorige keren door de koppositie op te eisen. Het weer zat inmiddels stevig mee, en gehuld in sexy strakke neopreen gingen de koplopers de grot in, waarbij tegen het advies van Peter in deze keer eens geen afleider werd aangebracht. Na een put van 35m, twee schuine hellingen afdalen, wat traverseerwerk en een versmalling, kwamen we via een korte afdaling in de rivier terecht. Het waterpeil viel mee, zoals al door de eigenaar was aangegeven (niet veel variatie in de waterstand). Het debiet was redelijk, en eerst werd er stroomopwaarts gegaan. Een super mooie grot, waar je al zwemmend, traverserend en wadend door het water voortbeweegt, een aanrader. Bij een lager stuk in de gang bleek toch dat het water kort daarvoor hoger had gestaan, er was ongeveer 20-40cm lucht boven het water en het plafond hing vol met schuim. Hier moet je dus niet achter zitten als het water zou stijgen!
Dennis en Ralph gingen nog stroomafwaarts kijken, terwijl Bart de terugtocht alvast begon. De lucht in de grot vond ik zeer matig, ik liep nogal te hijgen op stukken die niet veel voorstelden. Vooral de twee schuine hellingen terug leken twee keer zo lang als in werkelijkheid. Iets om op te letten dus in deze grot… De tweede ploeg ging vervolgens de grot in, en team vadsige drumsticks genoot vervolgens van de zon en van een koude Kronenbourg…dat is toch waarom je helemaal hierheen komt! Een voldaan gevoel na een schitterende grot en lekker in de franse zon zitten…
Bij terugkomst werd er dan maar een bbq verzorgd, want het was heerlijk toeven buiten in de tuin van de gite. Op de volgende dag zou het extreme, door National Geographic geroemde duikteam ‘de Sjtoppesjieters’ dan toch een duikje wagen, en alles werd in gereedheid gebracht.
Op vrijdag werd de tocht naar de duikgrot ondernomen, en aldaar waren er al een Zwitsers en een Italiaans team aan het duiken. Natuurlijk lieten de Sjtoppesjieters zich niet afschrikken hierdoor, en de uitrusting werd bovengehaald en aangetrokken, en al snel verdween het dynamische duo in het blauwgroene water van de résurgence. Ondertussen maakten Tom, Janneke en Bart het materiaal schoon in de zon en het water, en werden ook de koorden van de expeditie gewassen. Dit lukte niet zonder een massale aanval van franse muggen te moeten doorstaan, die grotere bulten dan gemiddeld tot gevolg hadden. Na terugkomst van het Limburg Cave Diving Team werd Tom meteen opgetuigd met duikgerei, en kon hij zijn 1e ster behalen onder deskundige begeleiding van de teamleden. Natuurlijk slaagde Tom met vlag en wimpel voor deze cursus!
Dennis, Ralph, Judith, Esther en Joris waren intussen een wandeling in de omgeving gaan maken. Bij terugkomst was het alweer de laatste avond en werd er na de laatste bbq begonnen met inpakken en opruimen. Ondergetekende wilde nog een intro-duik maken in het zwembad maar was dusdanig lek gestoken door de muggen dat dit niet door ging.
Op zaterdag begonnen Dennis, Judith en Joris al om 3.00h aan de terugtocht wegens een defecte airco, en niet veel later waren ook Ralph en Esther er vandoor. Bart en Tom vertrokken tegen half acht, en Jolanda en Peter niet veel later. Na een goede terugreis waren we voldaan en veilig weer thuis.
We kunnen terugkijken op een zeer geslaagde en gezellige week! Namens iedereen bedank ik Jolanda en Peter voor de organisatie en Judith en Esther voor het geweldige koken in de Gite!
We hebben mooie grotten gedaan, we hebben er een sterduiker bij en niet te vergeten een nieuwe splintergroepering ‘De Vadsige Drumsticks’ die het grotten in de komende tijd een nieuwe betekenis en geheel nieuwe invulling zal geven. Op het menu staan onder andere het doen van de vreselijkste Belgische klassiekers zoals de Bernard, Weron, Chawresse, etc. waarna zelfs extremere expedities niet uit te sluiten zijn. Houd deze blog in de gaten voor meer informatie! Bart

maandag 14 mei 2012

Aanmeldingen oergezellig klimweekend 2012

Let op de sluitingsdatum is 22 mei...
Wie hebben zich tot heden aangemeld:
Nieuw dit jaar!
De kosten bedragen € 15,00 per persoon voor de huur van de groeve, barbecue, en ontbijt. Kinderen tot 12 jaar betalen € 7,50,-. Betaling gebeurt door het geld over te maken naar D.Verbruggen rek.nr. 170581985 te Sittard onder vermelding van je naam. Het geld moet een week na de sluitingsdatum(22 mei) op de rekening staan! Er zullen verder geen kosten verbonden zijn aan het gebruik van klimmateriaal en helmen van de afdelingen.

dinsdag 24 april 2012

Klimmen in de basiliek Koekelberg

Klimmen in de basiliek Koekelberg Door: Jolanda Spronck Deelnemers: Dennis Verbruggen, Ralf Kohler, Tom Cox, Rob Winkens, Peter Goossens en Jolanda Spronck (Lenka was bij hoge uitzondering niet erbij, maar ging wandelen in Vijlen). Iedereen heeft inmiddels wel de foto’s van de klimpartij aan de basiliek Koekelberg voorbij zien komen. Wat een evenement, daar kunnen we met ons klimweekend nog iets van leren! En dan niet zozeer de gezelligheid of sfeer, maar wel de stellingen en het enthousiasme waarmee de koorden in grote getale zijn uitgehangen, en het enthousiasme waarmee ook geklommen wordt.
Wij gingen op zondag, ons groepje van 6. Meer kregen we er niet mee, vraag me niet waarom want het is toch best wel onbegrijpelijk dat je als speleoloog niet de tijd en zin kunt vrijmaken om hier een dagje te gaan klimmen. Ook voor niet klimmers moet het toch leuk zijn om mee te gaan en in en rond die basiliek te lopen om die poppetjes in de hoogte te bekijken (of gewoon even de stad in te gaan). Er waren in elk geval voldoende mensen die dat wel interessant vonden. Daarbij was er speciaal voor kinderen een aantal koorden gereserveerd waar onder begeleiding geklommen werd. Maar wij hebben er niet lang om getreurd dat er niet meer mensen mee gingen, we hebben ons prima geamuseerd. Tom, onze hoop in bange dagen, werd in de auto steeds nerveuzer. Hij wist niet wat hem te wachten stond en kreeg buikkrampen van de zenuwen. Ter plekke was hij er ook even tussenuit, je weet wel waarvoor.
Toen we eenmaal een kijkje hadden genomen, en nog een paar Nederlanders waren tegengekomen, maar ook vriend Rupi, gingen we ons dan maar eens omkleden. En bij de start begon het al, wij hadden ingeschreven voor route A+B, maar daar was wat oponthoud. We konden dus beginnen op route C, die nu vrij was. Dit betekende wel gelijk een paar leuke pendules en een tegen het plafond bevestigde “doodskist” waar je eerst maar eens in moest zien te komen. Vervolgens erdoor wurmen en weer in de volgende pendule zakken. En dat allemaal onder de gloeiend hete schijnwerpers in een warme kelder onderin de kerk. Wat waren we blij om door een gat in de muur in een tochtige pijp 30 meter naar boven te kunnen klimmen en vervolgens op een zolder weer wat pendules te passeren. Hier was de drukte ook voorbij, de mensen gingen zich nu meer verspreiden over allerlei stellingen. Inmiddels waren we mekaar wat uit het oog verloren, er waren ook wat Britten tussendoor gekomen, maar Peter kwamen we daarboven weer tegen. Hij had een menneke van de organisatie zover gekregen een raam te openen zodat hij even van een dakrandje wat foto’s van de tegenoverliggende koepel kon maken. Daarna konden we eindelijk het interieur van de basiliek verlaten en buiten in het koele windje gaan hangen. We kwamen de anderen weer tegen, die hadden ergens de afslag naar de B-route genomen, terwijl wij nog wat doorgegaan waren op C. Tom was inmiddels al zijn zenuwen de baas en ging als een trein, hij was niet meer te stoppen en genoot van elk vergezicht en elke moeilijke stelling. Peter molde zijn trapkoord door het in de afdaler te klemmen en zelf merkte ik dat de techniekjes wat roestig geworden waren. Toch wat weinig oefening van deze wat specialere dingen!
Dennis en Ralf besloten bij aankomst op één van de hoge torens niet de pendule naar de tegenoverliggende toren te nemen, maar in de toren zelf naar beneden te lopen. Ze daalden heel wat trappen af en kwamen ergens in een opslagplaats uit, natuurlijk streng verboden toegang…Vandaar uit volgden ze de geur en bereikten de keuken, met een aantal verbaasde blikken als gevolg. Er volgde een Franstalige litanie van vragen, waarop Dennis wat terug ratelde (zonder veel Frans te kennen) en ze maakten zich snel uit de voeten! Na onze pendule volgde een tyrolienne, nog steeds hoog boven Brussel met een magnifiek uitzicht. En toen hadden we het wel een beetje gehad. Tom was echter alweer afgedaald, naar de grond dachten we, maar tijdens mijn afdaling bleek hij rechtsaf geslagen te zijn. Ik wilde me niet laten kennen en volgde het jonkie. Een paar pendules verder kwam hij echter weer terug, op de voet gevolgd door een paar Waalse collega’s. Hij was tegen de richting in geklommen en we moesten weer terug. Rob en Peter waren slimmer en direct naar beneden gegaan.. wij volgden alsnog.
Het zat er weer op, de spiertjes hadden weer wat rust verdiend en de innerlijke mens werd gesterkt met koffie, thee en wat biertjes. We besloten na het omkleden nog even rond de basiliek te lopen en gingen ook de kerk naar binnen. Hier vond net een doop plaats, maar na afloop kwam de priester nog even een praatje met ons maken. Hij vond het allemaal wel leuk en vertelde dat hij vroeger ook veel in de bergen gewandeld en geklommen had. Het was een super dag, weer lekker geoefend en getraind voor het zomeravontuur in Slovenie en we gaan vol enthousiasme verder naar Barchon, nog wat tussendoortjes in Bomal en de brug van Remourchamps, de Lot, het klimweekend etc etc Met de complimenten aan de organisatie, de speleoclub GS Redan en haar kameraden, die hier een geweldig parcours hebben uitgehangen! Voor meer foto's klik >hier<

maandag 9 april 2012

Pozo Azul 2011 fotoboek

Foto's van de Exploratie Pozo Azul 2011, gemaakt door het Nederlands team lid Peter Goossens.

https://picasaweb.google.com/102439157206712976914/PozoAzul2011#

zaterdag 7 april 2012

Duiken maart 2012

Afgelopen maand verscheen er weer een mooi artikel over de Exploratie Pozo Azul.

Dit keer in het blad "Duiken" werderom een mooie verhaal geschreven door één van de Nederlandse team leden.
DUIKEN MAART 2012





Wat zal 2012 het Dutch Exploration Team Pozo Azul brengen?

donderdag 15 maart 2012

film URBAN SPELEO


Vrijdag 6 april zal de film URBAN SPELEO getoond worden in Aux Arcades te Maastricht!
KIJK de trailer HIER

21:00 deuren geopend

URBAN SPELEO is een film vol passie en sensatie over de exploratie van alles dat het daglicht van Parijs niet kan verdragen.


dinsdag 13 maart 2012

Overlijden Kitty Ogg-Cluistra

Gisteren ontvingen wij het treurige bericht dat Kitty Ogg-Cluistra is overleden, Kitty was jaren lang lid van Speleo Limburg periode 80-90.
Namens Speleo Limburg wensen wij de familie en alle andere betrokkenen veel sterkte toe!

dinsdag 6 maart 2012

N’oubliez pas le guide!

Door: Jolanda Spronck

Une aventure sous Paris,
Avec Rodolphe le guide; Lenka la chienne, René; Harold; Peter; Jolanda.

Why French? Well, first the trip was in France of course…and our guide is French.
So why now in English? Since not all of us speak fluently French (better: all of us don’t speak it fluently) and we communicated in English, it will be easier for our friend and guide to read it too (not to mention the fact that for me it is a bit hard to write a complete story in French..)

A while ago we met a few persons in the quarries of Maastricht, they asked us something about the quarry and I noticed one of them was wearing a caving suit. We decided to stay in touch because of the shared interests and later he joined us to some other quarries and to the Savonnieres for caving.

Since he was well known with the quarries underneath Paris, we decided to visit them together. The date was set on around carnival, since none of us was eager to celebrate this event. We had other plans: to spent 2 days in the quarries, with an underground bivouac. Preparations were made, some had to buy some necessary equipment, bags were packed-unpacked-repacked to fit every necessary detail and get rid of unnecessary things.
Light travelling was the slogan, since we had to walk for hours and in case of meeting police, running away was the only option (apart from being caught, getting a fine and having to leave the quarry).
Later I seemed to have concluded that pasta could be eaten with your hands, since I had left our plates at home…

So very early on Tuesday morning we drove to Paris and looked for a free parking place in a suburb. We found one on top of a supermarket, a parking that was free and hopefully safe. We left in our caving suits with heavy bags, walking through the streets to the train station. It appeared that Parisians are used to see all kinds of strange people, nobody really looked surprised..
We took the train and after that the metro north in the direction of the centre of Paris. There we walked the streets again while Rodolphe was looking for the right place to disappear in the underground. We lifted a lid in the sidewalk and descended about 7 metres along a ladder. Than we walked a bit down a concrete gallery, and found a small opening into the quarry. We didn’t know wether all of us would fit this opening, a real etroiture. Harolds bag already was a close encounter and when it was his turn René had to help a bit by pulling his legs (“zieh mich xan de bein”).
Once we were in, a long walk started along the galleries.

And if anyone thinks this was an easy walk....We all carried a bag witch was very heavy during the first day: sleeping bag, mattress, 3,5 litres of water each, bread and cheese for 2x lunch and 1x breakfast, chocolate, nuts, 1 litre of schrobbeler (!), first aid kit, dry socks and thin thermal underwear for the evening, food for Lenka, one of us had the gas stove and kettles, others carried soup, already cooked (to save water) pasta for 5 persons and 3 litres of pastasauce, candles, extra batteries, photogear, etc etc. Luckily the second day some of the weight had been eaten!

With this heavy bags, we had to walk, crawl through so called chatieres (or etroitures), climb up and down stairways, walk with a bended head (for René almost all the time), a bended back, take the bag off because of the low gallery and put it on the back again, only to take it off again the next minute…And according to Rodolphe this was the normal tour, there is also a so called “warrior tour”.
In total we crossed the largest quarry underneath Paris from north to south, in a straight line 8 kilometres. During these 2 days we went left, right, left, very often I saw the same streetname on the wall, we probably did a throughtrip of about 25 kilometres. At the end René and Harold couldn’t stand the idea of another low gallery and longed for the exit (René because of his length and Harold because of his enormous big bag, which was watertight at the beginning but after dragging it behind him over the floors…)

Sometimes there was water in the galleries, from 10 cm deep to waist deep. At those points we had to carry Lenka for a bit. Of course she can swim, but swimming a long gallery would take too long. Also she wouldn’t dry anymore, which was not a pleasant option since she had to sleep on our sleepingbags.

What did we see?
We saw all kinds of different galleries, some just chopped out of the stone layer, and others were consolidated by brick walls. These consolidations started after the mining itself, when the city began to grow and got heavier and heavier. After quite some collapses it became necessary to consolidate the mines and the first inscriptions we saw ons these walls dated from 1777, this was when the fortifications started. Also around this period the Parisians decided to use some of the galleries as a cemetery. The cemeteries on the surface got fuller and fuller and it was necessary to make some room for the new dead…so part of the old graves were cleaned, the bones were put in the galleries and there was room again on the surface-cemeteries.

Also the galleries were used to burry the victims of the French Revolution, famous people such as Robespierre, Danton, Camille Desmoulins are actually resting in the catacombs, in middle of millions other unknown persons.
Although a lot of visitors in the quarries have felt the need to take some bones and spread them around or even take them up to the surface (maybe to put a skull on the chimney..) there are still loads of them. We took some photo’s but no one felt the need to go very far into this gallery.

There were a lot of nice rooms, some of them restrooms for the old miners and others made by cataphiles (people who regularly visit the catacombes). Also there was a room with a fountain, La fontaine de Chartreuse. Beautiful, but very polluted at the time. We saw quite some waterpitches, and knowing that there is also some cavediving going on in the catacombes, we always had a look into the nice clear water.
Cave diving was also one of the items of the evening talk in our bivouac. Rodolphe mentioned having done his initiation in diving, and wants to start cave diving too. And being in the company of 3 cavedivers was enough reason to see what the possibilities are.
The bivouac was a nice room underneath a military hospital. It had a few small rooms, enough place to put our mattresses and sleeping bags and to do some cooking. The already home made pasta tasted good after this long day of driving to Paris, walking and crawling underground. And of course the “sjrubbelke” was a good digestive after dinner!

The next day we went on south again, Rodolphe tried to get us mad by saying that we had to travel about 50 kilometres in total underground (nobody really believed him since this is quite impossible to do in this kind of environment with all the luggage). We passed another beautiful room, the cabinet mineralogique. In this room you see two stairways to the roof with steps of about 10 centimetres high. Each step stands for another layer in the rock and used to have a mineralogical example on it. On the wall you can still see the explanation of the different layers. A pitty that this room has also suffered from visitors who have no sense left in their heads, due to their alcohol and other abuse..
We also saw a nice sculpture, the passé-muraille. It is a man who comes walking through the wall, sadly also damaged by idiots. The underground passé-muraille is supposed to be sort of a copy of a likewise passé-muraille somewhere on the surface.

The quarries are full of graffity, the easier the way to get in somewhere, the more graffity around this place. Wherever there was an entrance for a while, you see lots of graffity and rubbish. The more remote places are nice and clean though and fun to walk through.
The reason for the government to close the entrances is not to annoy people, but to try and make sure there are no incidents and accidents. There have been areas where huge parties took place, sometimes with a 1000 people. You can imagine what happens when these people start drinking etc. They get lost, fall down in pitches, get their hands between heavy lids etc etc. And everytime police and firemen have to start a rescue.

At the end we also saw a nice form of graffity, a legal one. Students of an engineering school (Ecole Nationale Supérieure des Mines de Parisevery) get an annual license to enter the quarries for a certain amount of time, and every year they make one painting on the wall in a specific gallery. You can now see paintings of a few decades there.

Finally, after more than 30 hours underground, not too much sleep, an aching back, some heads scratched against the ceiling, we arrived at a small ladder which led to a lid. It was supposed to be our exit and hopefully still open. If not we had to go on searching for one that was open.

It was open, and so we all climbed into the daylight again. And again nobody passing by looked really surprised. An old man even was kind enough to make a picture of our group.
And only around the corner was the supermarket where we found our car! It was strange though to walk along the entrance of the supermarket in our caving clothes, not very clean anymore…

Next time we’ll visit one of the other Parisian quarries!