De maandelijkse grottocht zou naar de Grand Champ gaan en ditmaal met
2 introducees die onze "aux arcades-keigel" bezocht hadden.
De Grand champ was vroeger, héél vroeger, één van mijn favoriete grotjes in België, leuk om effe in rond te sjravelen, dus ik vond het wel leuk om zo toch maar weer eens in een belgische grot te duiken.
De opkomst bleek aardig: Marco, Laurens, Peter en ik, Erik, Peter van Putten, Brecht en Alfons. Al op de heenweg ondervonden we enig oponthoud omdat we allemaal blijkbaar toch al lang niet meer in deze grot geweest waren, wààr lag dat ding ook alweer?
Maar ook in de grot, was het één grote zoekactie. Na heel wat heen en weer gekruip vonden we een doorgang, erg smalletjes (daarom draaiden sommigen waarschijnlijk om bij de eerste aanblik, zo van "dit kan niet goed zijn"). En wat zich daarachter bevond? smal, modderig, kruipen, klimmen.
Ik heb me de hele korte tocht zitten afvragen waar die leuke gang toch was die ik me herinnerde, gewoon
een beetje kruipen door een stoffig gangetje? Zou het kunnen dat deze nu door de hoge waterstand was afgesloten?We besloten op een gegeven moment dan toch maar om te draaien, de geluiden dat de kroegen gesloten zouden zijn als we nog langer in deze modderzooi zouden blijven rondkruipen, werden wat al te sterk. En aantrekkelijk was het natuurlijk wel, het vooruitzicht op..nee geen rochefort met wat voor nummer
erachter dan ook, maar een lekkere warme chocomel (ik hoor sommigen al tandenknarsen)!
Resultaat van deze tocht: Alfons en Brecht vonden het eigenlijk wel leuk en gaven aan nog wel eens mee te willen gaan.
Overigens hadden we wat moeite om de juiste naam bij het juiste gezicht te plakken, dus werden ze gezamenlijk tot Albrecht omgedoopt; Het schoonmaken van de spullen kostte heel wat meer tijd dan de hele grottocht in beslag heeft genomen...