zaterdag 26 november 2011

National Geographic Magazine december!

Het is zover.

In de winkels ligt momenteel het nieuwe nummer van de National Geographic Magazine, met daarin een verhaal over de onwezenlijk lange duik van René Houben in de Pozo Azul!

Foto: Het begin van een lange duik voor Jason Mallinson

Zoals sommigen al weten, zijn Peter en ik afgelopen zomer op vakantie geweest in Spanje. We hebben daar deelgenomen aan een duik expeditie in de Pozo Azul, een mooie onderwatergrot in het Noord Spaanse Covanera.
In eerste instantie was het onze bedoeling om clubgenoot en kameraad René Houben een weekje mee te helpen met zijn voorbereidingen voor deze expeditie. René neemt al jaren deel aan de exploratie van deze grot, samen met de Britten Jason Mallinson, Rick Stanton en John Volanthen. Deze 4 grotduikers vormen het team van exploratieduikers en zij worden elk jaar ondersteund door een grote groep Spaanse en Britse grotduikers. Ook een Nederlandse duiker maakte al enkele jaren deel uit van de groep support duikers.
De expeditiegroep mag achter de bar in Covanera kamperen, in de verre omtrek is er ook geen camping te vinden. Daar het veldje achter die bar niet al te groot is, is lang geleden al besloten de expeditiegroep beperkt te houden en niet elk jaar nieuwe mensen toe te laten. Dit was dan ook de reden waarom wij in eerste instantie alleen die eerste week zouden gaan en weer verder zouden trekken, zodra de Britten en Spanjaarden zouden arriveren. Het liep een beetje anders.

Er gingen heel wat voorbereidingen vooraf aan deze tocht, zo ontwikkelden René en Peter samen met nog iemand een nieuwe side mount rebreather en Peter maakte voor zichzelf een drytube (een drukbestendige en waterdichte container) om fotospullen droog mee door de sifon te nemen. Daarna volgden proefduiken omdat René natuurlijk moest oefenen met die net gebouwde rebreather en wij moesten oefenen met het scooteren, d.w.z. duiken met een onderwaterscooter. Uiteindelijk vertrokken we richting Covanera met de gedachte die eerste week nog verder te kunnen werken aan de voorbereidingen.
Na een lange rit van bijna 1500 km, met onderweg nog een peugeot die het begaf en vervangen werd door een mazda, kwamen we aan in Covanera. Het was er lekker warm en de ingangspoel lonkte.
Foto: ingang pozo azul

Die eerste week waren we met z'n drieën, op enig moment vergezeld door Pollie (één van de Spaanse support duikers die eerder arriveerde). Er werd dagelijks gesleuteld aan scooters, rebreathers, flessen gevuld, uitrusting naar de grot gedragen en weer teruggedragen en op enig moment had ik de indruk dat we niet meer aan duiken toe zouden komen. Ik besloot maar eens de stoute duikschoentjes aan te trekken en met een scooter alvast een beetje in de grot te gaan oefenen. Niet te ver, want het was voor mij de eerste keer in een grot met zo’n ding en de anderen stonden in de ingangspoel te sleutelen. Ik moet zeggen dat het me goed beviel!
Foto: Peter en René brengen een scooter naar de ingang

Maar gelukkig kwamen we toch ook nog aan duiken toe! Tussendoor hebben we in alle rust al wat fototochten kunnen maken en René kon één van de habitats al klaar maken voor gebruik. Een habitat is een omgekeerde container die ervoor zorgt dat je na een duik je laatste lange decompressiestop op een wat comfortabeler manier kunt volbrengen, n.l. door deels uit het water op een bankje te zitten.

Op vrijdag druppelden de eerste Spanjaarden en Britten binnen. Peter en ik besloten toen onze tent op te pakken en elders (wild) te gaan kamperen. We wilden toch nog een paar dagen langer blijven om nog wat te fotograferen en René kon ook nog wat hulp gebruiken.

Foto: René duikt voorbij één van de habitats

Ook dat liep weer een beetje anders, we kregen n.l. bezoek van de guardia civil die ons vriendelijk doch beslist verzocht onze spullen in te pakken en te vertrekken. Expeditieleider Jason besloot dat er achter de bar nog plek over was en nodigde ons uit weer gewoon in het kamp te komen kamperen. Eind goed, al goed, we zijn er uiteindelijk nog een 2e week gebleven waarbij we alle voorbereidingen voor de "push", de exploratieduik, hebben meegemaakt en eraan mee hebben kunnen helpen.

Foto: Jolanda helpt René met materiaaltransport

Het doel was ditmaal de limiet van vorig jaar te bereiken en vandaar uit verder te exploreren. Jason hoopte een nieuwe droge galerij te vinden en vanaf de oppervlakte zouden mensen proberen met elektronica het huidige bivak in Tipperary te lokaliseren. Hiervoor zouden een baken en een ontvanger gebruikt worden. Het baken ging met de duikers de grot in en de ontvanger zou aan de oppervlakte meegaan. Als het baken eenmaal in Tipperary geïnstalleerd zou zijn, zouden de duikers middels een 15-tal signalen berichten kunnen doorgeven. Je moet daarbij denken aan: “we zijn allemaal veilig gearriveerd”, “de eerste exploratieduiker vertrekt”, “we komen terug” etc.
Jason zelf ondervond jammer genoeg wat problemen omdat zijn eerder op 200 meter neergelegde drytube vol gelopen was. Hierin zaten al zijn spullen die hij nodig had in het bivak, zoals slaapzak, eten etc, maar ook allerlei reserve materiaal. Het was nu onbruikbaar geworden en hij moest zijn duik vroegtijdig afbreken. Dit betekende ook dat er niets gelokaliseerd kon worden vanaf de oppervlakte, daar hij een deel van het baken in zijn drytube had.

Foto: Persoonlijk materiaal transport door Jason Mallinson

René dook als eerste vanaf het bivak en vond na 260 meter nieuwe grot een 3e droge galerij, later Razor passage genoemd. Deze galerij bleek wel een obstakel omdat hij met diverse cascades stevig omhoog voerde met vlijmscherpe uitsteeksels die een gevaar voor het droogpak vormden. De grot gaat daarachter weliswaar verder met een nieuwe 4e sifon, maar ditmaal was het voor de duikers onmogelijk om hun loodzware en tegelijk zeer gevoelige duikapparatuur over Razor passage te krijgen. De groep zal dus terug moeten komen om verder te exploreren en een manier moeten bedenken hoe dit te doen. Momenteel meet de grot ruim 9,6 km waarvan 9,1 km onderwater!
Het drietal heeft de nieuwe galerij getopografeerd en is terug naar het bivak gedoken, om van daar uit na nog een nachtje slapen weer de lange terugtocht naar buiten te maken.
Foto: Terugkomst van een lange duik in de 2de sifon

Overigens wordt ook tijdens het duiken onderwater getopografeerd. John heeft hiervoor een zogenaamde “lazy boys sump mapper” op zijn scooter bevestigd die tijdens de duik peilingen uitvoert en afstand meet. Eenmaal buiten worden de gegevens via een computer gelezen en in een topo verwerkt.
Foto: john test de lazy boys sump mapper

Wat Peter en mij betreft. We duiken weliswaar regelmatig maar dergelijke lange en diepe duiken zijn voor ons niet weggelegd.
Je moet dit allereerst ook wel wìllen, en er vervolgens ook nog de benodigde apparatuur voor hebben... Dat laatste is een dure aangelegenheid.
Wij waren al meer dan tevreden dat we in de eerste sifon hebben gedoken (700 meter onderwater, dan nog een eindje met een laag lucht erboven). We hebben met name René geholpen met het transporteren van materiaal over de droge galerij Burbuja.

Foto: Spaanse support duikers in actie
En we zijn ook nog een klein stuk in de 2e sifon gedoken om foto's te kunnen maken van de helemaal opgetuigde duikers die een lange duik gingen maken, of van duikers die de habitats gingen inrichten.

Het scooteren door de immens grote gangen was een geweldige ervaring! En de groep Britten en Spanjaarden was leuk om te leren kennen. Wellicht komt er een vervolg....

Foto: Het begin van de tweede sifon
Met speciale dank aan Ernst Vonk van Vonk b.v., die ons voorzien heeft van een aantal duiklampen van Peli.

1 opmerking:

  1. Leuke reportage van jullie tocht.
    Toevallig kreeg ik afgelopen maandag het National Geographic Magazine in me handen en zat ik dat verhaaltje te lezen. Het bleef toch in me hoofd zitten dus dacht ga toch eens even kijken op internet en kwam zo bij jullie verhaal terecht. Hebben jullie misschien ergens wat foto's op internet staan wat ik kan bekijken.

    Mvgr Kenneth

    BeantwoordenVerwijderen